Samen met Hugo van Schaik heb ik een ebook geschreven om je te helpen bij het bereiken van product/market-fit.

Is AI nou echt een technologische revolutie?

Als je mij een paar jaar geleden had gevraagd of kunstmatige intelligentie ooit de wereld zo erg zou veranderen, dan had ik misschien met mijn schouders opgehaald.
Maar vandaag? Vandaag kan ik niet meer om die vraag heen.
Als digital native, als marketeer, als toekomstdenker, en vooral gewoon als mens, sta ik regelmatig stil bij de impact van AI op ons dagelijks leven.
En dan komt die ene vraag steeds terug: Is AI nou echt een technologische revolutie?

De aanleiding voor deze blog komt deels voort uit mijn eerdere artikel over de vijf grote technologische revoluties gebaseerd op het werk van Carlota Perez.
Daarin besprak ik hoe doorbraakinnovaties de wereld fundamenteel veranderden – van de stoommachine tot de microchip.
En nu, nu voel ik diezelfde energie, diezelfde dreiging, diezelfde verwarring... maar dan rondom AI.

We scrollen door social media en zien AI-gegenereerde kunst, voeren gesprekken met digitale assistenten en zien bedrijven binnen maanden transformeren door machine learning.
Maar is dat genoeg?
Zit AI echt in dezelfde categorie als de uitvinding van elektriciteit of het internet?
In deze blogpost ga ik daar een persoonlijk en kritisch licht op werpen.

Mijn fascinatie voor technologische vooruitgang

Een terugblik op mijn vorige blogpost over revoluties

In 2020 schreef ik een uitgebreide post er de vijf grote technologische revoluties.
Dat artikel, gebaseerd op het werk van Carlota Perez, gaf me toen al een raamwerk om naar technologische ontwikkelingen te kijken.
Het model van Perez beschrijft hoe elke grote technologische revolutie begint met een doorbraak, gevolgd door een hypefase, dan een financiële crash (de “bubble”) en uiteindelijk een nieuwe maatschappelijke ordening.
Het is een briljante manier om niet alleen te zien wat er gebeurt, maar ook waar we ons bevinden in de tijd.

Wat me destijds het meest intrigeerde, is hoe bedrijven, zoals Kodak, vaak ten onder gaan omdat ze de fase waarin ze zitten niet herkennen.
Ze reageren te laat of niet adequaat.
En het doet me denken aan het huidige moment met AI.
Zijn we nu niet ook massaal aan het experimenteren, terwijl we nog geen idee hebben van de lange termijngevolgen?

Waarom ik deze vraag nu opnieuw stel

Sinds ik dat stuk schreef zijn er dingen in een stroomversnelling geraakt
ChatGPT, DALL·E, Midjourney,... het zijn tools waar we drie jaar geleden nog nauwelijks van gehoord hadden.
Nu praten we met chatbots alsof het collega's zijn, laten we marketingcampagnes schrijven door AI, en bouwen we apps die in een paar seconden gezichten genereren die nooit hebben bestaan.

Het voelt alsof we midden in een golf zitten – en dat doet me denken aan de eerdere revoluties.
Alleen: is dit een nieuwe golf, of slechts een hevige golfslag binnen een bestaande zee van digitale ontwikkelingen?

Wat bedoelen we eigenlijk met een technologische revolutie?

De lens van Carlota Perez

Volgens Carlota Perez is een technologische revolutie meer dan een indrukwekkende uitvinding.
Het is een fundamentele verandering in hoe de wereld werkt, produceert, leeft en denkt. Het verandert niet alleen de technologie zelf, maar ook het economische systeem, de instituties, en onze dagelijkse routines.
It changes not only the technology itself, but also the economic system, the institutions, and our daily routines.

Om het echt een revolutie te noemen, moeten we kijken naar vier fasen:

Installatiefase: De technologie breekt door en wordt beschikbaar.
Speculatiefase: Verwachtingen worden torenhoog, investeringen stromen binnen.
Crisisfase: De zeepbel spat uiteen. Er volgt een correctie.
Synergiefase: De technologie wordt geïntegreerd in de maatschappij, economie, beleid.

Alle vorige revoluties (denk aan de stoommachine of de auto) doorliepen deze fasen.
Kijkend naar AI... ik denk dat we ergens halverwege zitten.

Doorbraak, hype, crash en herstructurering

ChatGPT en soortgelijke technologieën lijken de doorbraak te zijn geweest.
We zitten in een fase waarin AI niet alleen 'mogelijk' is, maar daadwerkelijk wordt toegepast.
Denk aan klantenservices, tekstproductie, vertalingen, medische analyse, en zelfs juridische documenten.

Maar tegelijkertijd zien we ook dat de hype enorm is.
Bedrijven rebranden zichzelf als “AI-gedreven” puur om investeerders aan te trekken.
Startups rijzen als paddenstoelen uit de grond.
En dan vraag ik me af: wanneer komt de crash?
Want als de geschiedenis iets heeft geleerd, dan is het dat na euforie vaak desillusie volgt.

De vijf revoluties tot nu toe: Een korte recap

Van katoenmachine tot microchip

Laten we even teruggaan in de tijd. De vijf grote technologische revoluties volgens Perez zijn:

1771 – Industriële Revolutie (katoenspinnerij)
1829 – Stoom & Spoorwegen
1875 – Staal & Zware Industrie
1908 – Auto, olie, massaproductie
1971 – Informatica & Communicatie (microchip)

Elke revolutie begon met een sleuteluitvinding, gevolgd door enorme maatschappelijke veranderingen
Denk aan hoe de auto steden herstructureerde, hoe elektriciteit fabrieken transformeerde, of hoe het internet de globale economie op z’n kop zette.

Wat ze gemeen hebben

Wat me telkens opvalt, is dat die revoluties:

Nieuwe markten creëerden
Arbeidsstructuren veranderden
Ongelijkheid vergrootten, maar ook kansen boden
Traditionele bedrijven wegvaagden
Nieuwe machtsstructuren vormden

Het is alsof er een reset plaatsvindt, en enkel de meest adaptieve overleven.
De vraag is: zit AI op diezelfde lijn?
Of is het slechts een tool binnen de informatica-revolutie?

Is AI de zesde grote golf?

De doorbraakmomenten: GPT, AlphaFold, DALL·E

AI is niet nieuw.
Al sinds de jaren 50 denken we na over “intelligente machines”.
Maar wat we nu meemaken, is anders.
De doorbraken van de laatste vijf jaar zijn ronduit verbluffend.

GPT-3 en GPT-4 hebben taalvaardigheid op menselijk niveau gebracht.
AlphaFold van DeepMind heeft het mysterie van eiwitvouwstructuren opgelost, iets waar wetenschappers decennia op vastliepen.
DALL·E en Midjourney maken kunst, sneller en unieker dan ooit.

Deze doorbraken zijn niet alleen indrukwekkend, ze zijn ook toegankelijk.
Je hoeft geen expert meer te zijn om AI toe te passen.
Iedereen met een laptop en internetverbinding kan nu 'meedoen'.
Dat is misschien wel hét kenmerk van een revolutie-in-wording.

Leven we nu in de AI-bubbel?

De parallellen met de dotcom-crisis

Als ik kijk naar hoe AI zich op dit moment ontwikkelt, kan ik het niet helpen om parallellen te trekken met de dotcom-bubbel eind jaren '90.
Toen was internet dé toekomst, en dat wás het ook – maar de timing en verwachtingen klopten vaak niet.
Bedrijven zonder winstmodel kregen miljoenen aan investeringen puur omdat ze “iets met internet” deden.
En zoals je weet: dat eindigde in een knal.

De situatie rondom AI voelt vergelijkbaar.
AI-startups krijgen miljarden aan funding terwijl hun product nog niet schaalbaar of rendabel is.
Er wordt geïnvesteerd op basis van potentie, niet realiteit.
Dat is niet per se verkeerd, maar het kan gevaarlijk zijn.
Vooral als er geen maatschappelijk vangnet is voor de mensen die straks de klap voelen.

Wat ik ook zie, is dat veel bedrijven AI “erbij doen”, zonder echte visie.
AI als trucje, als marketingtool, in plaats van als integraal onderdeel van hun bedrijfsstrategie.
Net zoals websites destijds werden gebouwd “omdat het moest”, maar zonder plan.
En dan weet je: dat houdt geen stand.

Financiële speculatie en tech-giganten

De allergrootste spelers – denk aan Google, Microsoft, Amazon – zetten momenteel keihard in op AI.
Microsoft investeerde tientallen miljarden in OpenAI, Google ontwikkelde Bard (nu Gemini), en Nvidia werd plotseling het meest waardevolle chipbedrijf ter wereld dankzij AI-chips.

Dat zijn tekenen van een gigantische verschuiving in economisch kapitaal.
Maar het betekent ook: de kaarten worden opnieuw geschud. ?
Zoals oliebedrijven groot werden in de vierde revolutie, lijken AI- en datagedreven bedrijven de koningen van deze fase te worden.
En dat roept vragen op: wie profiteert hier écht van?
En wat gebeurt er met bedrijven die de boot missen?

Er is hoop, maar ook veel onzekerheid.
Dat maakt deze AI-golf spannend én gevaarlijk.
Zeker als de bubbel knapt, en er alleen nog plek is voor een handvol giganten.

Wat maakt AI anders dan eerdere revoluties?

De snelheid van adoptie

Wat me persoonlijk fascineert aan AI is hoe ongelooflijk snel het geadopteerd wordt.
Neem bijvoorbeeld ChatGPT.
Binnen vijf dagen na de lancering had het 1 miljoen gebruikers – sneller dan Instagram, Netflix of zelfs de iPhone.
Dat zegt iets over de honger naar deze technologie.

Bij eerdere revoluties – zoals de introductie van elektriciteit – duurde het tientallen jaren voordat het infrastructuurniveau breed genoeg was om echt impact te maken.
Bij AI is het alsof we van nul naar honderd gaan in een paar maanden.
Die snelheid brengt geweldige kansen met zich mee, maar ook het gevaar van overhaaste integratie zonder ethische of sociale afwegingen.

Het ontastbare karakter van AI

Waar vorige revoluties draaiden om fysieke technologieën – machines, fabrieken, olievelden – is AI grotendeels onzichtbaar.
Je ziet het niet, je voelt het niet, maar het zit overal: in je telefoon, in je aanbevelingen, in je klantenservice, in je HR-systemen.

En precies dat maakt het tricky.
Omdat AI software is, kunnen we het razendsnel updaten, verspreiden, dupliceren.
Maar het maakt ook dat veel mensen het gevoel hebben dat het buiten hun controle valt.
En dat gevoel van “tech zonder grip” zorgt voor angst, desinformatie en weerstand.

Toch is het onmiskenbaar: AI verandert onze relatie met werk, met kennis, met creativiteit.
Het is geen vervanging van de mens, maar wel een radicale verlenging van onze mentale capaciteit.
En dat… voelt revolutionair.

Wat AI betekent voor ons werk en onze vaardigheden

Een nieuwe werkethiek

Als marketeer zie ik dagelijks hoe AI onze workflows verandert.
Waar ik vroeger uren deed over het schrijven van een campagneplan, kan ik nu met AI in een half uur een solide concept bouwen.
En dan gaat het nog niet eens over design, analyse of segmentatie – dat doet AI allemaal in seconden.

Maar dat betekent ook: de waarde van mijn werk verandert.
Creativiteit en menselijke nuance worden belangrijker.
Pure productie is minder waard.
En dat vraagt om een andere mindset: we moeten niet concurreren met AI, maar ermee samenwerken

De opkomst van hybride vaardigheden

De professionals van morgen zijn geen pure schrijvers, ontwerpers of analisten meer.
Het zijn hybride kenniswerkers: mensen die creatief denken, technologie begrijpen en strategisch kunnen handelen.
De AI-professionals van de toekomst zijn niet per se coders, maar mensen die AI begrijpen, aansturen en slim weten in te zetten.

Dat betekent ook dat onderwijs moet veranderen.
We kunnen jongeren niet meer opleiden voor een specifieke taak.
We moeten ze leren leren, leren denken, leren schakelen.
Dat is misschien wel de grootste uitdaging van deze revolutie: het tempo waarin vaardigheden verouderen is ongekend.

En dan is er nog de ethische kant.
Want wat betekent AI voor banen die volledig geautomatiseerd worden?
Wat doen we met de miljoenen mensen wiens skills niet meer nodig zijn?
Gaan we voor basisinkomen? Omscholing? Een nieuwe definitie van werk?

De ethiek van AI: macht, bias en verantwoordelijkheid

Wie stuurt de algoritmes aan?

Misschien wel de grootste zorg van deze tijd is de vraag: wie bepaalt wat AI mag doen?
AI lijkt soms neutraal, maar wordt getraind op data die door mensen is gegenereerd – en dus vol vooroordelen zit.
Denk aan racistische AI-camera’s, seksistische wervingsalgoritmes of een chatbot die na één dag online extreemrechts werd.

Als we AI echt een plek willen geven in de maatschappij, dan moeten we ook de ethische vraagstukken onder ogen zien.
Wie is verantwoordelijk voor wat AI doet?
De ontwikkelaar? De gebruiker? De overheid?

Transparantie en regie

We moeten toe naar een situatie waarin AI transparant en controleerbaar is.
Net zoals we wetten hebben voor verkeer of medicijnen, moeten er regels komen voor AI-systemen.
En dat begint bij bewustzijn.
Bij educatie.
Bij open dialoog.

Want als AI ons helpt beslissingen te nemen over wie een lening krijgt, wie er ziek is, of wie er gestraft moet worden, dan moet dat eerlijk en uitlegbaar zijn.
En dat is nu vaak nog niet het geval.

Waarom er nog geen economisch keerpunt is geweest

De bubbel barst nog niet – maar waarom?

Als je kijkt naar het model van Carlota Perez, dan is er na elke technologische hypefase een economisch correctiemoment – een crash, een zeepbel die knapt.
Dat moment markeert vaak het einde van de installatiefase en het begin van herstructurering.
Denk aan de Grote Depressie na de opkomst van massaproductie, of de dotcom-crash na de digitaliseringsgolf.

Maar bij AI… is dat moment nog niet gekomen.

Er zijn wel wat signalen van oververhitting – kleine faillissementen, bedrijven die hun AI-integraties terugschroeven, werknemers die het nut van tools als ChatGPT betwisten – maar de echte crash, die is er nog niet geweest.
Waarom niet?

Ik denk dat het deels komt omdat de technologie zélf nog volop in ontwikkeling is.
AI is nog niet volwassen genoeg om brede sectoren volledig te hervormen.
Het mist infrastructuur, regelgeving, en in veel gevallen zelfs een duidelijk verdienmodel.
AI is spectaculair, maar vaak nog inefficiënt en onbetrouwbaar.

Een ander belangrijk punt: de grote techbedrijven subsidieren AI.
Bedrijven als Microsoft, Google en Amazon kunnen verliezen dragen zolang ze marktaandeel winnen.
Dat houdt de bubbel kunstmatig in leven – net zoals banken dat ooit deden met hypotheken voor de woningmarkt.

Wat we leren van eerdere keerpunten

Het keerpunt komt meestal pas als er sprake is van:

Massa-adoptie
Economische afhankelijkheid
Faalmomenten in het systeem

Bij AI zijn we er nog niet.
Ja, AI is overal.
Maar de meeste sectoren kunnen nog zonder.
Een hotel runt zijn receptie nog steeds met mensen.
Een gemeente verwerkt aanvragen nog grotendeels handmatig.
En zelfs marketeers gebruiken AI nog als tool, niet als basis.

Dus nee, het economisch keerpunt van AI – het moment waarop het systeem crasht, faalt, en hervormt – is er nog niet geweest
Maar dat betekent niet dat het niet komt.
De vraag is alleen: zijn we er straks klaar voor?

De maatschappelijke impact van AI: Tussen hoop en onzekerheid

Ongelijkheid als structureel bijeffect

Zoals bij elke technologische revolutie is ongelijkheid een terugkerend thema.
Bij de industrialisatie verloren ambachtslieden hun plek.
Tijdens de digitale revolutie werd analoge kennis gedevalueerd.
En nu, met AI, zie je hetzelfde gebeuren.
Wie geen digitale vaardigheden heeft, valt buiten de boot.

Het is wrang.
Want AI heeft het potentieel om werk makkelijker, slimmer en inclusiever te maken.
Maar in de praktijk wordt de kloof groter.
Grote steden profiteren, de periferie blijft achter.
Jongeren vinden AI intuïtief, ouderen worden overweldigd.

AI heeft ook invloed op hoe we met elkaar omgaan.
Banen verdwijnen of veranderen.
Werkdruk neemt toe, want 'de AI kan het toch sneller?'
En sommige mensen worden compleet afhankelijk van technologie om hun werk te doen.
Dat is zorgwekkend.

AI als spiegel van de samenleving

AI laat zien wie we zijn – letterlijk.
Want alles wat AI leert, komt van óns.
Onze teksten, beelden, gewoonten.
AI maakt onze vooroordelen zichtbaar, onze dromen, onze angsten.
En dat dwingt ons om in de spiegel te kijken.

En toch… biedt het ook hoop.
Want als wij bepalen wat AI leert, dan kunnen we het ook sturen.
Naar eerlijkheid.
Naar duurzaamheid.
Naar meer menselijke waarden.
Maar dat vereist bewuste keuzes.
En lef.

De maatschappij moet opnieuw nadenken over wat 'waarde' is.
Is dat snelheid? Productie?
Of juist empathie en creativiteit?
Die discussie voeren we nu nog te weinig.
Terwijl AI juist dwingt om die vragen te stellen.

Wat kunnen we leren van bedrijven die het goed (en fout) doen?

De 'Kodak-les' en de AI-tijd

In mijn eerdere artikel haalde ik Kodak aan als hét voorbeeld van een bedrijf dat z’n eigen ondergang inluidde door een revolutionaire technologie te negeren.
Ze hádden de digitale camera, maar deden er niets mee uit angst hun bestaande business te kannibaliseren.

Vergelijk dat eens met een bedrijf als Adobe.
In plaats van AI te negeren, hebben ze tools als Firefly en Adobe Sensei geïntegreerd in hun creatieve pakket.
Niet om de creatieve professional te vervangen, maar juist te versterken.
En dat werkt.

Of kijk naar Spotify, dat AI gebruikt om gepersonaliseerde muziekervaringen te creëren.
Daar is AI niet het product, maar de katalysator van beleving.
Dát is slim.

Gaan we naar een 'gouden tijd' met AI?

De synergie komt er – maar alleen als we het goed doen

Als we Carlota Perez volgen, dan is er na elke crash een periode van herstructurering: een synergieperiode waarin de technologie écht geïntegreerd raakt in de maatschappij.
Een gouden tijd.
Hogere productiviteit, nieuwe vormen van werk, maatschappelijk welzijn.

Maar dan moeten we het goed doen.

Dat betekent:

Investeren in onderwijs en digitale geletterdheid
Eerlijke wetgeving en toegankelijke infrastructuur
Minder focus op hype, meer op waarde
AI gebruiken om menselijke creativiteit te versterken, niet te vervangen

We hebben alle ingrediënten in huis.
Maar we missen nog de wil en de structuur.
En misschien, heel menselijk: we hebben nog geen pijn gevoeld.
Nog geen crisis, nog geen keerpunt.
Maar die komt.

En wie nu anticipeert, plukt straks de vruchten.

De zesde technologische revolutie: Ja, maar met kanttekeningen

Ik durf het nu heel voorzichtig te zeggen: ja, AI is een nieuwe technologische revolutie.
Geen uitbreiding van de digitale golf, maar mogelijk met een eigen cyclus.
De zesde.
Met zijn eigen doorbraakmomenten, hypes, risico’s en – hopelijk – een gouden fase.

Maar we zijn er nog lang niet.
De zeepbel is nog vol, het keerpunt moet nog komen, de ongelijkheid groeit.
We staan aan het begin, en misschien is dat wel het spannendste moment.

Als mens, als professional, als samenleving moeten we nu kiezen: buigen we mee met deze revolutie, of proberen we het tegen te houden?
En als je het mij vraagt: je kunt beter met de stroom meezwemmen, dan stil blijven staan en verzuipen.

Conclusie: AI is de zesde revolutie, mits we het zo behandelen

AI heeft alles in zich om de zesde grote technologische revolutie te zijn: het verandert hoe we denken, werken, communiceren en organiseren.
Maar zoals elke revolutie vraagt ook deze om visie, lef en adaptiviteit.

De kans is enorm.
De risico’s ook.
En de geschiedenis leert: alleen wie op tijd beweegt, overleeft.

Dus: waar sta jij?
Ga je mee?
Of kijk je straks toe vanaf de zijlijn?

Hoe nuttig vond je dit artikel?

Klik op een hartje om het te beoordelen!

Gemiddelde beoordeling 0 / 5. Aantal stemmen: 0

Nog geen stemmen! Wees de eerste om mijn artikel te beoordelen.

Het spijt me dat dit artikel niet nuttig voor je was.

Laten we dit artikel verbeteren!

Vertel me hoe ik dit artikel kan verbeteren?

Deel dit artikel
Floris Meulensteen
Floris Meulensteen

Een toegewijde marketeer met een passie voor het creëren en vormgeven van digitale waardeproposities.

Artikelen: 59

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *